Aphrophora major

Familie: Aphrophoridae – Schuimcicaden. Deze familie kenmerkt zich, binnen de Cicadomorpha, door het hebben van één of twee duidelijke stekels aan de achtertibia, in combinatie met het ontbreken van een opvallende rood-zwarte tekening. Hoofd even breed als pronotum.

Herkenning:
Lichaamslengte: ♂: 10.6-11.8 mm; ♀: 11.1-12.6 mm
Scutellum, pronotum en vertex geelgroen, vertex vaak donkerder.
Scuttelum vlak.
Voorvleugels: voorste 1/3 deel geelgroen, achterste 2/3 deel meestal donkerder. Voorvleugels bedekt met fijne haartjes.

Voorkomen: Vrij algemeen

Biotoop: Voornamelijk in heide- en veenterreinen

Ontwikkeling: Imago’s zijn voornamelijk te vinden van half juli tot eind september. Een generatie per jaar.

Overwintering: als ei

Voedsel: Polyfaag: imago’s op berk ( Betula ) en wilg ( Salix )

Bron: waarneming.nl