Broze Russula

Paarsroze, in het centrum naar donkerblauw of groen neigende, gebolde tot platte of ingedeukte hoed (Ø 2-7 cm), bij oudere exemplaren aan de rand geribd.
Plaatjes wit tot crèmekleurig, met zeer fijn gekartelde snede. Sporen wit.
Steel en vlees wit. Ruikt zoetig, naar kokos.
Groeit in loofbossen, vooral bij eiken (juli – oktober). Zeer algemeen.

 

Bron: https://www.zwammen.floraeuropa.eu/