Gewone krulzoom

Grote trechtervormige, beige tot bruine, gladde of gevlekte hoed (Ø 5-15 cm) met lang ingerolde, later golvende rand.
Plaatjes dun, vrij dicht bijeen, crèmekleurig tot geelbruin, langs de steel aflopend. Bij aanraking donker verkleurend.
Steel relatief dun, crèmekleurig tot bruin, met vezelstructuur in de lengte.
Vlees stevig tot sponzig, beige tot geelachtig, bij doorsnijden verkleurend naar bruin.
Groeit op zure bodem in loof- en naaldbossen (juli – november). Zeer algemeen.
Fam.: Paxillaceae.
De paddenstoel werd lang als eetbaar beschouwd maar bevat een giftige stof die zich ophoopt in de lever en op den duur (dodelijke) alergische reacties kan veroorzaken.

Bron: https://www.zwammen.floraeuropa.eu/